Sprechstunde – die Sprachkolumne
Een nieuw hoofdstuk

llustratie: Open boek, boven figuur met open mond en tablet op tong
Literatuur in eenvoudige taal hoeft niet te ingewikkeld te zijn | © Goethe-Institut e. V./Illustratie: Tobias Schrank

Kan moderne literatuur samengaan met toegankelijkheid? Volgens Hauke Hückstädt en zijn team van het Literaturhaus alvast wel. Zij vonden een aantal auteurs bereid om onbekend terrein te betreden. 
 

Von Hauke Hückstädt

Beste misantropen, waarde muggenzifters, geachte sectorspelers! Nogmaals: zo’n 15 miljoen mensen in Duitsland hebben moeite met lezen. Velen van hen kunnen het helemaal niet. Zelfs als u in uw uitgeverij, in uw distributiecentrum, in uw boekwinkel, op uw atheneum, bij het bestuur van uw stichting of in het kader van uw politieke mandaat niets om 15 miljoen niet-lezende landgenoten geeft, dan nog blijven zij minstens dit: 15 miljoen potentiële klanten. – Ach, maar voor hen hebben we toch kinderboeken! Hoe moeten we hen dan bereiken? Astrid Lindgren is een gewéldige schrijfster. En met het boek Wo die wilden Kerle wohnen kan je prima Duits leren. Dat hebben we niet nodig. Wie wil dat lezen? Niveau-alarm! Mijn taal is mijn bastion. Dat kan je niet maken! Nieuws in eenvoudige taal, tot daaraan toe. Maar literatuur? Nee, dat gaat te ver! – Een sector die er prat op gaat de belichaming te zijn van tolerantie, de debatcultuur te bevorderen en bij te dragen tot zingeving, beheerst in feite alleen zijn defensieve reflexen en verdedigingszetten op een soevereine manier. Lezers wegjagen in plaats van lezers te winnen.

Niet zo complex

In deze column wil ik vertellen waarom ik me niets meer aantrek van de status-quobewaarders en de neezeggers. Waarom literatuur in eenvoudige taal heus niet zo complex hoeft te zijn. Marcel Breuer uitwuiven, maar ellenlange zinnen als goede stijl beschouwen. Ik bedoel maar: de lift en de hellende toegang hebben de trap niet afgeschaft. Ik bedoel dat één goed idee genoeg is om tien slechte van de baan te schuiven. Ik wil jullie vertellen hoe het Literaturhaus Frankfurt am Main, samen met een groepje gerenommeerde auteurs, voor een doorbraak zorgt. Dat doelgroepdenken schadelijk kan zijn. Ik herinner me gesprekken met autisten, docenten en analfabeten. Ik herinner me de vrouw die van een beroerte herstelde, mensen die Duits aan het leren waren, scholen vol toekomstige leerkrachten, een leerling uit een inclusieve klas, een pedagogische onderzoeksgroep in Heidelberg. En ik schrijf over waarom ik zo vaak aan het Bauhaus denk, aan de leden van Oulipo, aan de readymades van Marcel Duchamp, aan de veeltalige, aloude vrienden brandblusser en wollen deken. En ik doe ook verslag van hoe het allemaal een boek is geworden: LiES! – Das Buch. Literatur in Einfacher Sprache. Verschenen tijdens de lockdown in maart 2020.

Een artistieke daad

Vier jaar eerder kwamen vrouwelijke vertegenwoordigers van het Netwerk Inclusie Frankfurt am Main en het Bureau voor Inclusie van de stad Frankfurt naar het Literaturhaus. Zij vertelden ons dat men in deze stad op het vlak van toegankelijkheid al relatief ver stond. De volgende stap, zo zeiden ze, was om ook kunst en cultuur toegankelijker te maken. Er was sprake van projecten in musea en theaters. Aan ons vroegen ze wat we konden bedenken als het ging over taal, literatuur en toegankelijkheid. Er bestaan immers uitgeverijen, zoals Spaß am Lesen, die grote of populaire literatuur in eenvoudige taal aanbieden. Grotendeels zijn dit boeken waarin een bestaand werk is vertaald of omgezet in eenvoudige taal. Sommigen zouden zeggen: afgebroken, gedegradeerd. Maar dat doet zulke werken tekort.

Want net dankzij dit soort boeken wordt het voor heel wat mensen mogelijk om de verhalen over Dracula, Moby Dick en Tom Sawyer te lezen. Om kennis te maken met de coming-of-ageroman Tschick (“Tsjik”) of de verhalen van Heinrich Böll. Die boeken bestaan dus. We hebben al veel goede ervaringen gehad met werken in opdracht. Zo hebben we auteurs al meermaals gevraagd om over kunstwerken te schrijven. Dat was ons aanknopingspunt. En vandaag denken we nog steeds: wat fijn dat het boek van Arno Geiger over zijn dementerende vader, Der alte König in seinem Exil, als verkorte versie in eenvoudige taal te koop is. Maar hoe zou het zijn als auteurs zoals Arno Geiger zélf een verhaal in eenvoudige taal schreven? Als dit eenvoudige schrijven van meet af aan als een artistieke daad werd beschouwd? Het was duidelijk dat hiervoor regels nodig waren, en auteurs die er zin in hadden.

De zes auteurs aan wie we het vroegen, gingen onmiddellijk akkoord. Schrijvers weten dat de kunst geen toekomst meer heeft als men niets nieuws durft te proberen. Als de kunst zegt: “De piek van de beweging is waar we gisteren waren. Literatuur voor de massa? Zoiets heeft nooit bestaan. Zoiets kan niet bestaan. Zoiets hebben we niet nodig.” – Alissa Walser, Kristof Magnusson, Nora Bossong, Mirko Bonné, Henning Ahrens en Olga Grjasnowa tekenden dus present. – Een baanbrekende prestatie, er kon weer iets beginnen.


 

Top